De radioamateurclubs die (in volgorde van betaling) geregistreerd zijn bij het BIPT kunnen een speciale roepnaam vragen ter gelegenheid van een specifiek evenement onder de volgende voorwaarden en met de volgende beperkingen:
De erkende verenigingen (UBA, VRA, UFRC) kunnen ter gelegenheid van een bijzonder evenement en voor alle radioamateurs een speciale prefix vragen. In dit geval kunnen de radioamateurs die dat wensen de ON van hun roepnaam vervangen door het speciale prefix. Deze toestemming geldt niet voor de korte roepnamen. De tarieven voor deze speciale roepnamen zijn vastgelegd in bijlage 1 van het koninklijk besluit van 18 december 2009 betreffende de private radiocommunicatie en de gebruiksrechten voor vaste netten en netten met gedeelde middelen.
Wie onverwachts in het bezit komt van een station zonder persoonlijk gemachtigd te zijn het te houden of het te gebruiken, beschikt vanaf het ogenblik dat het houden aanvangt, over een maximumtermijn van zestig dagen om een vergunning voor het houden en gebruiken van dat radiostation, ofwel enkel een houdersvergunning aan te vragen.
Voor een station van de 5e categorie gebruikt de gebruiker de roepnaam die verbonden is aan zijn bedieningscertificaat of aan de vergunning van het gebruikte station.
De roepnaam wordt uitgezonden volgens een methode die aangepast is aan het soort van uitzending. Indien dat niet mogelijk is, wordt de roepnaam uitgezonden door middel van spraak of morsetelegrafie. In telefoniemodus wordt de roepnaam duidelijk uitgesproken en indien nodig gespeld, waarbij het internationale alfabet wordt gebruikt. In telegrafiemodus wordt de roepnaam in morsecode uitgezonden op de transmissiesnelheid die tijdens de verbinding wordt gebruikt.
De roepnaam wordt ten minste een keer aan het begin en aan het einde van elke uitzending uitgezonden. Als de uitzending bestaat uit verschillende korte berichten, wordt de reeks uitzendingen beschouwd als zijnde één uitzending. Voor een uitzending of een reeks uitzendingen wordt de roepnaam ten minste een keer om de vijf minuten herhaald.
Nee, het radiostation wordt enkel gebruikt om informatie over technische onderzoekingen en bijbehorende onderwerpen ongecodeerd door te zenden. Het is dus niet toegestaan om zijn levensverhaal te vertellen of versleutelde of gecodeerde berichten te gebruiken. Toch mag de houder van een vergunning voor een automatisch station of voor een van op afstand bediend station na toestemming van het BIPT versleutelde berichten gebruiken voor het beheer van zijn station.
Bij oefeningen georganiseerd door een Belgische nooddienst mag de houder van een bedieningscertificaat van de 5e categorie met de voorafgaande toestemming van het Instituut, communiceren over onderwerpen in verband met deze oefeningen.
Op verzoek van de autoriteiten die bevoegd zijn voor crisisbeheer, mag de houder van een certificaat van de 5e categorie de Belgische nooddiensten bijstaan door zijn stations van de 5e categorie in te zetten om het uitvallen van de elektronische communicatie op te vangen. Enkel in dat kader mag hij met name: versleutelde of gecodeerde berichten verzenden, alle stations van de 5e categorie gebruiken met de toestemming van de houder van de vergunning van het station in kwestie; en communiceren over onderwerpen in verband met de activiteiten van de nooddiensten.
Ja, op voorwaarde dat de aanvrager houder is van een certificaat van klasse A en het station van op Belgisch grondgebied wordt gebruikt.
De volgende verenigingen zijn door het Instituut erkend:
Voor de data en plaatsen van de volgende opleidingen kan je terecht bij de vereniging van jouw keuze.
Gefeliciteerd! Op het einde van je examen heb je een formulier meegekregen. Jouw eerste bedieningscertificaat is in de prijs van het examen begrepen.
Je zult een roepnaam moeten kiezen.
Beschik je over jouw eigen materiaal, dan heb je daarvoor ook een stationsvergunning nodig.
Opgelet: je moet wachten tot je jouw bedieningscertificaat en/of vergunning hebt gekregen, voordat je mag uitzenden en/of het materiaal houden.