Hieronder vindt men een overzicht van de voornaamste bepalingen die van toepassing zijn op roaming binnen de Europese Economische Ruimte (“EER”). Voor meer details verwijzen we door naar de volgende bronnen (de bij elke bepaling horende artikelen worden daarna vermeld):
- Verordening 531/2012 van het Europees Parlement en van de Raad van 13 juni 2012
- Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 van de Commissie van 15 december 2016
- Berec-richtsnoeren betreffende de retailroamingdiensten
- Berec-richtsnoeren betreffende de wholesaleroamingdiensten
Principe van “Roam like at home - RLAH”
Verordening 531/2012: artikelen 2, § 2,f en 6bis - Berec-richtsnoeren retailroaming: paragrafen 7 tot 16
Sinds 15 juni 2017 mogen de operatoren in principe geen tarieftoeslagen aanrekenen voor de roamingdiensten binnen de EER.
Wanneer de klanten roamingdiensten gebruiken binnen de EER, dan is het toepasselijke tarief dat van de nationale retailprijs, met name het retaileenheidstarief dat wordt gehanteerd op nationaal niveau voor de door de klant gemaakte oproepen, verstuurde sms’en (vanaf en naar verschillende openbare communicatienetwerken binnen eenzelfde lidstaat) en verbruikte data.
Uitzonderingen op het principe van “Roam like at home - RLAH”
Beleid inzake redelijk gebruik - Verblijfplaats en duurzame band
Verordening 2016/2286 van de Commissie: artikel 3 - Berec-richtsnoeren retailroaming: paragrafen 20 tot 25
Om zich te beschermen tegen eventueel misbruik, zoals permanente roaming, kunnen de operatoren aan hun klanten een bewijsstuk vragen waaruit blijkt dat ze verblijven in de lidstaat waar de operator is gevestigd, of dat ze met die staat een duurzame band hebben die een frequente en beduidende aanwezigheid op zijn grondgebied inhoudt.
Beleid inzake redelijk gebruik - Controlemechanisme
Verordening 2016/2286 van de Commissie: artikel 4, § 4 - Berec-richtsnoeren retailroaming: paragrafen 26 tot 39
Om zich te beschermen tegen onrechtmatige gedragingen kunnen de operatoren gedurende een periode van 4 maanden toezien op het verbruik en de aanwezigheid van hun klanten om te bepalen of deze grotendeels in roaming plaatsvinden. Indien het verbruik en de aanwezigheid grotendeels in roaming plaatsvinden (namelijk meer dan de helft van de tijd), dan laat de operator zijn klant weten dat hij problematisch gedrag heeft vastgesteld. Indien de klant zijn manier van verbruik niet wijzigt binnen de twee weken na deze kennisgeving, dan kan de operator een tarieftoeslag aanrekenen volgens de nadere bepalingen die worden beschreven in punt 5 hieronder.
Beleid inzake redelijk gebruik - Minimale volumelimiet betreffende de forfaits met onbeperkte data
Verordening 2016/2286 van de Commissie: artikelen 2, c) en 4, § 2 - Berec-richtsnoeren retailroaming: paragrafen 41 tot 58
De operatoren hebben de mogelijkheid om het gebruik van de datadienst vervat in een forfait, in “RLAH”, te beperken in overeenstemming met de hieronder beschreven voorwaarden.
Ten eerste moet het forfait in kwestie:
- ofwel een forfait met onbeperkte data zijn;
- ofwel een forfait dat is gelijkgesteld aan een forfait met onbeperkte data. Aan de hand van de volgende formule kan worden bepaald of het gaat om een forfait dat is gelijkgesteld aan een forfait met onbeperkte data:
Retailprijs excl. btw
--------------------------- = Nationale eenheidsprijs < wholesaleprijs
Datavolume
Ten tweede, als het wel degelijk om een forfait met onbeperkte data of een gelijkgesteld forfait gaat, dan moet de “RLAH”-volumelimiet worden berekend volgens deze formule:
Retailprijs excl. btw
2x -------------------------- = Minimale RLAH-volumelimiet
Wholesaleprijs excl. btw
Bij overschrijding van de RLAH-volumelimiet kan de operator een tarieftoeslag aanrekenen volgens de nadere bepalingen beschreven in punt 5 hieronder.
Beleid inzake redelijk gebruik - Minimale volumelimiet betreffende de voorafbetaalde tarieven
Verordening 2016/2286 van de Commissie: artikelen 2, d) en 4, § 3 - Berec-richtsnoeren retailroaming: paragrafen 59 tot 67
De operatoren hebben de mogelijkheid om het gebruik van de datadienst vervat in een voorafbetaalde formule, in “RLAH”, te beperken. De limiet moet volgens deze formule worden berekend:
Resterend krediet excl. btw
-------------------------- = Minimale RLAH-volumelimiet
Wholesaleprijs excl. btw
Bij overschrijding van de RLAH-volumelimiet kan de operator een tarieftoeslag aanrekenen volgens de nadere bepalingen beschreven in punt 5 hieronder.
Niet-naleving van een beleid inzake redelijk gebruik
Verordening 531/2012: artikel 6sexies, § 1 - Berec-richtsnoeren retailroaming: paragrafen 69 tot 86
Bij niet-naleving van één van de hierboven vermelde vormen van beleid inzake redelijk gebruik, zijn de operatoren gemachtigd om een tarieftoeslag toe te passen, die aan de volgende voorwaarden moet beantwoorden:
-
Wat betreft de uitgaande oproepen en sms’en, alsook de datadienst, mag de toeslag niet hoger zijn dan het bedrag van de gereguleerde wholesaletarieven, met name € 0,32 excl. btw per belminuut voor uitgaande oproepen, € 0,01 excl. btw per verzonden sms en voor de datadiensten vanaf 1 januari 2022: € 2,5 excl. btw/GB.
-
Voor de binnenkomende oproepen mag de toeslag niet meer bedragen dan het gewogen gemiddelde van de maximumtarieven voor mobiele gespreksafgifte in de ganse Unie: € 0,0085 excl. btw/minuut.
Verder mag het totaal van de nationale retailprijs en alle bijkomende lasten toegepast op de gemaakte oproepen, de verzonden sms’en of de datadiensten niet hoger zijn dan € 0,19 excl. btw/minuut, € 0,06/sms en 0,20/MB.
Afwijking
Verordening 531/2012: artikel 6quater - Verordening 2016/2286 van de Commissie: deel II - Berec-richtsnoeren retailroaming: deel K
Uitzonderlijk mogen de operatoren die niet in staat zijn om de bijbehorende kosten voor de levering van de roamingdiensten te dekken, een verzoek om afwijking indienen (bij het BIPT), bedoeld om hen de mogelijkheid te bieden om het RLAH-tariefsysteem gedurende 12 maanden niet toe te passen.
Dat verzoek moet vergezeld gaan van een reeks inlichtingen aan de hand waarvan kan worden aangetoond of de negatieve retailroaming-nettomarge van de operator gelijk is aan minstens 3% van de marge gegenereerd door zijn mobiele diensten (zonder roaming).
Opdat de verstrekte informatie zou overeenstemmen met de voorschriften van de Europese verordening, raden we de operatoren sterk aan om de vereiste data door te sturen via het Excel-bestand opgesteld door Berec (zie de bijlage bij de Richtsnoeren betreffende de retailroamingdiensten).
De besluiten van het BIPT in verband met afwijkingen kunnen hier geraadpleegd worden.
Transparantie
“Welcome SMS” - Oproepen, sms’en en data
Verordening 531/2012: artikelen 14, § 1 en 15, § 1 en § 2 - Berec-richtsnoeren retailroaming: paragrafen 106 tot 121
De operatoren zijn verplicht om hun klanten via een berichtsysteem te verwittigen telkens wanneer ze een andere lidstaat betreden dan deze van hun nationale operator. Dat bericht moet gepersonaliseerde informatie bevatten, meer bepaald over de toepasselijke tarieven, over het eventuele beleid inzake redelijk gebruik en over de eventuele toepasselijke toeslagen.
Bill shock-mechanisme - Data
Verordening 531/2012: artikel 15, § 3 - Berec-richtsnoeren retailroaming: paragrafen 130 tot 148
De operator stelt zijn klanten een of meer financiële limieten ter beschikking (minimaal € 50) voor gespecificeerde gebruiksperiodes. De operator stuurt een kennisgeving naar de klant wanneer het verbruik van roamingdiensten 80% van de overeengekomen limiet heeft bereikt.
Wanneer de limiet zo goed als overschreden is, wordt een kennisgeving verzonden naar het mobiele toestel van de klant. Deze kennisgeving vermeldt welke stappen de klant dient te volgen indien de klant deze diensten wil blijven genieten, alsook de kosten per bijkomende verbruikte eenheid. Indien de klant niet reageert volgens de instructies in de kennisgeving, moet de operator onmiddellijk ophouden met de roamingdatadiensten aan te bieden en te factureren zolang de klant niet vraagt om deze diensten verder te verstrekken of de levering ervan te herstellen.
Documenten
- Besluit van 13 juni 2019 betreffende de mogelijkheid tot het factureren door Nethys van een toeslag op basis van artikel 6 quater van de verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012
- Besluit van 19 mei 2018 betreffende de mogelijkheid tot het factureren door Nethys van een toeslag op basis van artikel 6 quater van de verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012
- Besluit van 17 oktober 2017 tot het opleggen van een administratieve boete aan Lycamobile wegens het niet naleven van artikelen 6bis en 6sexies, lid 3 van de Roamingverordening
- Besluit van 14 augustus 2017 betreffende de mogelijkheid tot het factureren door Mundio Mobile van retailroamingtoeslagen op basis van artikel 6 quater van de verordening nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012
- Besluit van 24 mei 2017 betreffende de mogelijkheid voor Nethys om een toeslag aan te rekenen krachtens artikel 6 quater van verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de raad van 13 juni 2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie, zoals gewijzigd door verordening (EU) nr. 2015/2120 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015